Methodiek Een Taal Erbij

Met ons Prolis- team hebben we een heel interessante trainingsdag gehad over de methodiek “Een Taal Erbij”. Al eerder heb ik zelf een 2-daagse training gehad over dezelfde methodiek en ik wist dus wat er ging komen: we gaan niet met casussen maar met onszelf aan de slag…

Wat is de methodiek Een Taal Erbij?

Op de website van Een Taal Erbij staat: “Een Taal Erbij®- is ontwikkeld vanuit o.a. het theoretische gedachtegoed van I. Boszormenyi-Nagy, een Hongaars-Amerikaanse psychiater en gezinstherapeut, dat uitgaat van een contextueel mensbeeld, de mens in relatie tot zichzelf en de ander, in het hier en nu en in zijn geschiedenis.

Een Taal Erbij®- visualiseert deze relaties en geeft tegelijkertijd overzicht en inzicht. Vanuit een systemisch perspectief wordt door middel van duplo-poppetjes en ander materiaal het probleem van de cliënt verbeeld en de innerlijke dialoog op gang gebracht.”

Hoe werkt dit nou in de praktijk?

Na uitgebreide uitleg van de trainster over de methodiek, kregen we de opdracht om in tweetallen je eigen gezin van herkomst neer te zetten.

Ik kom uit een gezin met een vader en moeder en een jongere broer en zus. Die werden dus neergezet met duplo poppetjes. Omdat de meeste ouders in het algemeen doorgeven wat ze hebben meegekregen van hún ouders, werden ook mijn opa’s en oma’s neergezet, achter mijn ouders. Mijn collega vroeg mij hoe het vroeger thuis was, wat ik heb meegekregen van mijn ouders, wat zij hebben meegekregen van hun ouders en hoe ik met alles ben omgegaan. Vervolgens werden er bij verschillende poppetjes vierkantjes van vilt gelegd die staan voor “niet voelen/omgaan met een situatie” (wit vierkantje) en “voelen” (rood vierkantje). Ook werden er op verschillende plekken (tussen poppetjes in of naast een poppetje) ‘schade’-tekens neergezet als teken van de schade die iemand tijdens zijn/haar geschiedenis heeft opgelopen (zoals trauma, geweld, scheiding, overlijden). Ook werden er dan schatkistjes bijgezet, die staan voor krachten, talanten, capaciteiten, vaardigheden. Want iemand heeft naast ‘schade’ ook altijd schatten in zijn schatkistjes zitten.

Mijn ervaringen.

Ik kende mijn eigen geschiedenis al heel goed voordat ik de opstelling met de collega neerzette. En toch waren er een aantal onderdelen die me opnieuw raakten of die ik nu in een ander daglicht zag. Nu we zelf hebben ervaren hoe het is om je eigen geschiedenis neer te zetten, kunnen we als professionals ook beter weten en voelen hoe het is als onze cliënten hun geschiedenis of gezinssysteem neerzetten.

Ik heb met de methodiek Een Taal Erbij in meerdere gezinnen gewerkt. Het werkt verhelderend, geeft erkenning en nieuwe inzichten en daardoor soms ook rust en kracht. Soms vragen mensen ook of ik de materialen de volgende keer weer wil meenemen om een bepaalde situatie neer te zetten en samen te bespreken. Vaak heb ik de materialen sowieso in mijn werktas zitten.

Prolis en Een Taal Erbij

De kracht van deze methodiek voor ons werk is dat de cliënt/het gezin samen met de ambulant begeleider kijkt naar de opgestelde beelden en dat is al een erkenning gevende interventie op zich. Daarnaast is het een combinatie van voelen en nabijheid en tegelijkertijd afstand en het kunnen overzien. Het beeld blijft langer op het netvlies hangen dan gesproken taal. De opstellingen kunnen ook veranderen; wensen worden gevisualiseerd en het materiaal helpt zowel de cliënt als ook de ambulant begeleider om te focussen en richting te geven aan veranderingsprocessen. En daar zijn we bij Prolis altijd mee bezig: hoe kunnen we de ander helpen om iets aan zijn/haar situatie te veranderen.

Geschreven door Mabel Fasen, ambulant begeleidster